Ondanks dat ik niet binnen roken kan staat mijn onderhoudsset wél op de salontafel.
Alles van ouderwets messing, niet de latere legeringen, zo paste de kleur bij elkaar.
Later messing ontwikkeld rap een rode glans.
Messing nog met zink, (patronen bv) heeft een zilver-‘doffe’ gloed er doorheen na poetsen.
Het duurde dan ook even voor ik overal wat voor gevonden had in ouder messing.

Een pot voor het schoonmaken.


Een reisstoof uit 1840 bekleed van binnen.


En een oude sigaretten doos (vermoed ik) voor de “losse meuk.”


In “vogelvlucht”
